Van zelfgemaakte bakfiets tot ijsverkoopwagens. de reis van Jan Rozeboom illustreert de evolutie van ijskarren en de onbegrensde kracht van innovatie en doorzettingsvermogen.

IJskarren

In 1960 begon Jan Rozeboom zijn ijsverkoopavontuur met een door hemzelf vervaardigde bakfiets, de eerste in de reeks ijskarren die op deze website worden weergegeven. Zijn dagelijkse tocht van vijftien kilometer naar zijn standplaats in Gortel was geen sinecure, vooral wanneer bandenpech de reis verlengde tot 2,5 tot 3 uur.

Rozebooms innovatieve geest inspireerde hem om samen te werken met een lokale smid, die het voorste deel van een bromfiets aan zijn bakfiets laste, een aanzienlijke verbetering voor zijn reizen. Rond zijn achttiende jaar introduceerde hij de Gazelle Apollo, een gemotoriseerde bakfiets met luifel, die op de lijst met ijskarren op deze pagina staat. Deze bakfiets, waarop de eerste slogan ‘Schep-ijs ’t lekkerste’ werd geplaatst, werd samen met zijn vriendin en latere vrouw Mientje gebruikt voor de ijsverkoop.

Niet tevreden met de standaard Gazelle Apollo, voegde Rozeboom er het motorblok van een motorfiets aan toe, een bewijs van zijn handigheid en doorzettingsvermogen. Na deze transformaties kwamen de ijsverkoopwagens: eerst een Renault busje en vervolgens een Renault Trafic als tweede verkooppunt. Deze evolutie in ijsverkoopmethoden culmineerde in 1980 met de opening van Jan en Mientje’s ijssalon aan de Koninginnelaan in Apeldoorn. Deze uitgebreide geschiedenis dient als een inspiratie voor de verschillende soorten ijskarren die beschreven zijn op deze website.

Geschiedenis